Het is jaren geleden (1992) dat auteur en hoogleraar John Gray een boekje schreef over het idee dat mannen van Mars komen en vrouwen van Venus. Sinds het verschijnen van het boek zijn er wereldwijd miljoenen exemplaren van verkocht. De titel is onder boomers nog steeds een gevleugelde uitspraak. En ondanks het feit dat er veel is veranderd in het man-vrouw denken, vind ik deze uitspraak ook toepasbaar op het thema inhuur van externe arbeid versus werving van vast personeel.
- Externe arbeid, ook wel flexibele arbeid of uitzenden/detacheren genoemd (als kikkerlandje hebben we dit in de jaren ’50 zo’n beetje uitgevonden), is een beproefde manier om te zorgen voor voldoende arbeidscapaciteit, al dan niet strategisch of alleen voor situaties van ‘piek en ziek’. In Nederland geven we hier jaarlijks tientallen miljarden euro’s aan uit. Vaak zijn het inkopers die de grote flex-contracten opstellen en uit onderhandelen; het gaat immers om veel geld.
- Werving van ‘vaste’ banen is zonder twijfel het domein van HR. Maar stilletjes aan gaat het ook daar over heel veel geld. Zeker nu de arbeidsmarkt zo krap is. Iedere organisatie brengt het eigen voortbestaan in gevaar als er geen goede employer brand is, geen fancy arbeidsmarktcommunicatie afdeling, geen snelle werkenbij-site, geen social media strategie en geen professionele recruitment. Er komt, als gevolg daarvan, simpelweg geen of onvoldoende vast personeel binnen. De kosten hiervoor zijn niet altijd even goed zichtbaar als de out of pocket kosten voor flex personeel.
Deze twee kanalen lijken te lijden aan het ‘Mars-Venus syndroom’ van de eerder genoemde John Gray. Kijk maar eens naar je eigen organisatie. Gaat HR over ‘inhuur’? Is er een inkoopstrategie om ‘inhuur’ als voorportaal van ‘vast’ te zien? En is ‘inkoop’ betrokken bij de inkoop van diensten, services en producten nodig voor de werving van ‘vast’? Is de organisatie in staat om ‘vast’ en ‘flex’ te zien als communicerende vaten?
Nu de arbeidsmarkt zo krap is dat zelfs de uitzenders niet meer kunnen leveren, is er maar één alternatief: zelf werven. Best lastig als de werving van vast te veel is ‘uitgekleed en uitbesteed’, als er te weinig recruiters zijn voor te veel vacatures en/of als recruitment niet als serieuze expertise is ontwikkeld.
Dat hoefde niet, want als er geen sollicitanten kwamen was er altijd wel een uitzender of detacheerder die het probleem oploste, zeker voor mbo-functies.
Er is een grote kans dat het probleem per opleidingsniveau verschillend is. De uitdaging van werving voor mbo-functies is anders dan voor hbo/wo-functies.
Juist nu er sprake is van super-arbeidsmarktkrapte is het verstandig om eerst de kosten te bekijken. Samen met inkoop. Niet alleen omdat de inkopers gewend zijn om te rekenen, en HR professionals vanuit de inhoud gewend zijn te redeneren, maar ook omdat de afweging vanuit de twee perspectieven – vast en flex – moet worden benaderd. Is het verstandig om meer kosten voor werving te maken of is het toch beter om de uitzenders meer te betalen voor inleen? Is dit voor alle functies verstandig? Of moet er voor mbo-functies of bepaalde regio’s een andere afweging worden gemaakt?
HR of recruitment, schouder aan schouder met inkoop. Het is een praktische en voor de hand liggende oplossing. Zo simpel blijkt het in de praktijk echter niet te zijn. Inkopers komen van Mars en recruiters komen van Venus, zo lijkt het wel. Ze spreken niet dezelfde taal, de vakgebieden zijn gebaseerd op andere wetenschappelijke disciplines – economische versus sociale wetenschap – en inkopers zijn vaak mannen, terwijl recruiters vaak vrouwen zijn.
Kortom, de uitspraak van John Gray is toepasbaar op het probleem externe arbeid versus werving van vast personeel en de communicatiekloof tussen inkopers en recruiters. Gelukkig zijn er in de oplossing ook overeenkomsten. John Gray adviseert inkopers (van Mars) en recruiters (van Venus) het volgende te doen:
- Respecteer de verschillen
- Probeer elkaar niet te veranderen
- Vraag rechtstreeks om hulp
- Werk aan de relatie
- Denk vanuit het gezamenlijke belang
Spoiler alert voor mensen die het oorspronkelijke boek niet hebben gelezen: de verschillen zijn niet zo groot dat ze onoverbrugbaar zijn. Dat is hoopvol in een tijd waarin we streven naar gelijkheid tussen mensen en genderverschillen kunnen en mogen koesteren. Een mooi vooruitzicht om inkopers en recruiters samen naar human capital te laten kijken.